1. Klimaat:

Het klimaat binnen de serre wordt beïnvloed door verwarmingscircuits, verluchtingsramen, vochtregeling, schermdoeken, benevelinginstallaties, wind-, regen-, en buitentemperatuurinvloed, dakberegening en ventilatoren. Een combinatie van deze installaties en regelingen geven voor elke teelt een aangepast klimaat.

2. Waterbedeling:

De computer zorgt voor een nauwkeurige watergift met de gewenste voedingsstoffen en een juiste Ph. Zo worden voor tomaten, paprika’s en komkommers druppelaars gebruikt om elke plant de gewenste hoeveelheid voedingswater te geven elke gietbeurt. De hoeveelheid kan worden ingesteld tot 1cc nauwkeurig. De wachttijd tussen 2 gietbeurten hangt af van de gemeten lichthoeveelheid en het percentage drainwater van de vorige gietbeurt. Voor sla en andere vollegrondteelten wordt meestal een bovenberegening gebruikt waarbij de hoeveelheid voedingswater per m2 kan worden ingegeven. Voor potplanten wordt vaak een eb- en vloedsysteem gebruikt op vloeren of tafels. Hierbij wordt de vloer (tafels) onder water gezet en zuigen de potten hun water langs onder. Het waterniveau op de vloer (tafels) en de standtijd kan worden ingesteld. De hoeveelheid meststoffen wordt nauwlettend gedoseerd en beveiligd met alarmering bij buitensporige waarden. Wanneer er drainwater wordt teruggebruikt, kan ook hiervan de gewenste meststofdosering worden ingesteld. De Ph-regeling gebeurt door dosering van zuur of loog.

3. CO2-dosering:

Er wordt CO2 gedoseerd door verbranding van petroleum of gas in heteluchtbranders in de serre (foto) of in vaste branders in de stookruimte. Bij heteluchtbranders is er een directe CO2-dosering met een opwarming van de ruimtetemperatuur wat nadelige gevolgen kan hebben in de zomer. Bij CO2-dosering d.m.v. vaste branders wordt het rookgas samen met een deel buitenlucht opgezogen door een CO2-ventilator en via PVC-kanalen en darmpjes met gaatjes verdeeld in de serres. Op deze manier is er geen opwarming van de serre, maar de opgewekte warmte wordt opgeslagen in buffertanks. Deze warmte wordt 's nachts terug gebruikt. Er is nog de mogelijkheid om vloeibare CO2 te doseren. Deze CO2 wordt onder zeer hoge druk opgeslagen en wordt geleverd via vrachtwagens. Dit laatste is echter een vrij dure oplossing.

4. Energieregeling:

De energieregeling houdt rekening met de gewenste temperatuur, de lichtintensiteit, de stand van het doek, de windinvloed, de hoeveelheid gebufferde warmte en de buitentemperatuur. Het resultaat van deze berekeningen zal er uiteindelijk toe leiden de verwarmingsketel aan te zetten of niet. De wkk-installaties gecombineerd met gasketels bepaald de computer de meest voor de handliggende situatie voor het doseren van CO2 door WKK of de gasketel of de combinatie van beiden. WKK staat voor warmtekrachtkoppeling: dit is een gasmotor die een turbine aandrijft om hoogspanning op te wekken. Deze hoogspanning wordt op het elektriciteitsnet gezet. De warmte die wordt opgewekt, komt terecht in het verwarmingscircuit van ketels, serre en bufferketels. De ontwikkelde rook wordt in een reactor bewerkt met ureum om zodoende de giftige gassen om te zetten in CO2. Deze CO2 wordt dan naar de serres geblazen. Het betreft hier dus een installatie waarbij alles tot het maximum wordt benut.